Levensloop
René Gude werd op 2 maart 1957 geboren in Surabaya, Indonesië. Een jaar later repatrieerde het gezin en ging in Haren wonen. Hij noemde zichzelf een ‘echte kakker’ en ‘een rijkeluiszoontje’. In 1971 verhuisde de familie Gude naar Laren waar hij naar het atheneum ging. Hij studeerde af op een ‘pretpakketje’ waar hij achteraf spijt van kreeg. Hij had liever schei- en natuurkunde gedaan. Na zijn eindexamen in 1976 verhuisde hij naar Amsterdam om daar sociale geografie te studeren. Hij behaalde daarin in 1979 zijn kandidaats. (Zie: Rek, 2013, p. 10 en Brands, 2014, p. 23).
In het hemelvaartweekend van 1980 maakte Gude kennis met de Internationale School voor Wijsbegeerte (ISVW) in Leusden. Hij had ingetekend voor een ISVW-cursus van Maarten van Nierop, hoogleraar kunst- en cultuurfilosofie, over de Duitse filosoof Arthur Schopenhauer (1788-1860) en diens ‘Die Welt als Wille und Vorstelling’ (1819). Gude werd gegrepen door Schopenhauers metafysisch pessimisme, maar wist dit in de jaren negentig om te zetten in wat hij ‘depressionisme’ noemde, een niet naïeve, kritische variant van het optimisme.
Portret van Arthur Schopenhauer, gemaakt door Jules Lunteschütz (1822–1893) in 1855 (Bron: Wikimedia Commons)
Titelblad van "Die Welt als Wille und Vorstelling", 1e druk 1819 (Bron: Wikimedia Commons)
Tijdens de ISVW-cursus leerde Gude Dick van Peursen (1920-2014) kennen, die hem aanraadde te stoppen met zijn studie sociale geografie en over te schakelen op filosofie. Sindsdien was hij verslingerd aan de ISVW en aan de filosofie. Hij koos voor filosofie omdat hij vond dat hij in zijn denken tekort schoot. Het menselijk tekort was zijn grootste drijfveer. ‘Bijna alles in het leven is terug te voeren op het menselijk tekort’ (Rek, 2013, p. 138).
In 1981 trouwde Gude met Tine Sibbing met wie hij twee zonen kreeg. Het huwelijk hield echter niet lang stand, want zij scheidden in 1986. In 1985 kreeg hij bij de ISVW een baan als conciërge en hij woonde er tot 1991. De ISVW zette hem op het spoor van de assertieve zinmakerij. ‘Deze levenshouding stelt een mens in staat om min of meer blijmoedig aan de slag te blijven in een volkomen zinloos universum’ (Gude, iFilosofie Special 2015, p. 4).
Filosofie Magazine
In 1990 deed Gude zijn doctoraal wijsbegeerte en hij werd eigenaar van de firma Spandiensten, een firma in bouwmaterialen (tot 1994). Op zijn afstudeerfeest leerde hij Babs van den Bergh (geb. 1964) kennen, met wie hij na niet al te lange tijd trouwde - zij bleef zijn grote liefde. In 1993 vond het in 1992 door Roeland Dobbelaer (geb. 1962) en Joep Dohmen (geb. 1949) opgerichte tijdschrift Filosofie Magazine onderdak bij de ISVW. Gude voegde zich bij het redactieteam en werd advertentieverkoper en sales manager.
Portretfoto van Roeland Dobbelaar (Bron: twinmediabv.nl)
Het blad was ontstaan vanuit de gedachte ‘dat we meer filosofische verhalen wilden schrijven dan we in de bestaande kranten en tijdschriften kwijt konden. [...] We vonden dat filosofie meer aandacht verdiende dan het kreeg’ (Rek, 2013, p. 14). De ambitie was filosofie tot ‘een normaal onderdeel van de Nederlandse cultuur te maken, net zo normaal als concertbezoek, museumbezoek […]. Dat was het expliciete doel. En dat is bereikt’ (Rek, 2013, p. 105). Zolang het blad niet voldoende opleverde, leefde Gude van de inkomsten van de firma Spandiensten.
In 1995 werd Gude hoofdredacteur van Filosofie Magazine. Onder zijn leiding groeide het aantal abonnees gestaag en ontwikkelde het zich tot het belangrijkste medium voor een nieuwe generatie praktisch ingestelde filosofen. De doelstelling van het tijdschrift was het toegankelijk maken van academische filosofie voor een breed publiek. Voor Gude was dit toegankelijk maken een waar ambacht ‘dat ver voorbij dat van de academische filosofie reikt’ (Rek, 2013, p. 15). Voor dit ambacht moest een hele nieuwe beroepsgroep, een gilde, ontwikkeld worden.
Dit gilde kwam er en bestond later onder anderen uit Stine Jensen, Rob Wijnberg, Coen Simon, Daan Roovers en de gebroeders Meester. Als hoofdredacteur spande Gude zich ook in om filosofie als eindexamenvak in het voortgezet ingevoerd te krijgen en met succes, want sinds 1998 maakte het vak Filosofie deel uit van het lessenpakket van een toenemend aantal scholen van het voortgezet onderwijs. In 2001 werd hij opgevolgd door Daan Roovers.
Stine Jensen tijdens het Brainwash Festival 2015. Foto gemaakt door Vera de Kok op 24 oktober 2015 (Bron: Wikimedia Commons)
Rob Wijnberg. Foto gemaakt door Vera de Kok op 13 oktober 2015 (Bron: Wikimedia Commons)
Portretfoto van Daan Roovers, 2018 (Bron: privécollectie Daan Roovers)
Frank Meester na de presentatie van zijn boek "Zie Mij". Foto gemaakt door Vera de Kok op 17 oktober 2012 (Bron: Wikimedia Commons)
Directeur van de ISVW
Gude werd fusiebegeleider bij de uitgevers Veen, Bosch en Keuning (VBK), maar dit was maar van korte duur. In 2002 werd hij directeur van de ISVW, waar hij zich helemaal kon toeleggen op het 'ambacht' van filosofieleraar. Hij introduceerde er basisopleidingen, gaf workshops en colleges filosofie in het onderwijs, wijsgerige antropologie en wetenschapsfilosofie. Hij nodigde ook universitaire docenten uit om te komen spreken voor een breder publiek. Onder aanvoering van Gude ontstond er een ware explosie aan filosofische activiteiten. Filosofische cafés, sinds 2002 de jaarlijkse Maand van de Filosofie met als hoogtepunt de Nacht van de Filosofie met het nieuwe fenomeen stand-up filosofie.
Samen met Daan Rovers schreef hij in 2010 het boek Kleine geschiedenis van de filosofie en datzelfde jaar verschenen zijn hoorcolleges op 5 CDs, eveneens onder de titel Geschiedenis van de filosofie. Om het internationale karakter van de ISVW te versterken, nodigde hij beroemde filosofen uit zoals de Amerikaanse filosofen Martha Nussbaum (geb. 1947) en Francis Fukuyama (geb. 1952) en de Duitse filosoof Peter Sloterdijk (geb. 1947). Vanwege het toenemende aantal cursisten liet hij een nieuwe hotelvleugel bouwen.
Foto van Martha Nussbaum, gemaakt door Robin Holland in 2008 (Bron: Wikimedia Commons)
Portretfoto van Francis Fukuyama, gemaakt door Robert Goddyn op 25 september 2005 (Bron: Wikimedia Commons)
Peter Sloterdijk leest uit zijn boek "Du mußt dein Leben ändern" op 17 juli 2009 (Bron: Wikimedia Commons)
Uit zijn contacten met Sloterdijk ontstond een hechte vriendschapsrelatie. Ze fietsten samen in 2007 de Mont Ventoux op, dé uitdaging voor niet-professionele fietsfanatici. Gude trad ook regelmatig op andere filosofische podia op. Zo interviewde hij, op verzoek van koningin Beatrix, in november 2009 Sloterdijk in het Paleis op de Dam, ging hij op 8 april 2011 in de Nacht van de Filosofie in gesprek met Wim Brands en was hij in 2012 een van de hoofdsprekers op Lowlands. Hij publiceerde ook geregeld in dagblad Trouw, waar hij deel uitmaakte van het Filosofisch Elftal en in Filosofie Magazine.
Gude bleef de publieke opinie bedienen en nieuwe mensen enthousiasmeren voor de wijsbegeerte. Hij was voortdurend in gesprek. Zijn handelsmerk was een combinatie van eruditie, grove grappen, charisma en alledaagse taal.
In juni 2012 verscheen de bundel ...En denken! Bildung voor leraren die Gude met Gerard van Stralen (geb. 1946) samenstelde. Hierin zette Gude zijn onderwijsvisie uiteen aan de hand van het ‘bildungsagoramodel’. Het boek werd het startsein van de landelijke bildungsbeweging. Op 27 april 2013 nam hij afscheid van de ISVW. Hij kon zijn functie vanwege zijn ziekte niet langer voortzetten. Na een beenbreuk in november 2007 werd in maart 2008 botkanker bij hem vastgesteld. In 2011 moest zijn rechterbeen geamputeerd worden en daarna werden er uitzaaiingen in zijn longen geconstateerd. Hij werd steeds kortademiger. De ISVW verleende hem de erefunctie ‘Ambassadeur van de filosofie’.

René Gude omringd door ISVW-personeel bij zijn afscheid als directeur op 7 april 2013 (Bron: ISVW; foto: Paul Scheulderman)
Denker des Vaderlands
Door zijn vakgenoten, verenigd in de Stichting Maand van de Filosofie, werd Gude op 23 mei 2013 uitgeroepen tot Denker des Vaderlands waarbij hij Hans Achterhuis (geb. 1942) opvolgde. Vanuit deze erefunctie beleefde Gude zijn doorbraak bij het brede publiek en kreeg hij het drukker dan ooit. Als Denker des Vaderlands kreeg hij de taak de liefde voor de filosofie met een groot publiek te delen en ‘mee te denken'. Nadat het interviewboek Stand-up filosoof van Volkskrantjournalist Wilma de Rek in 2013 was verschenen, werd hij omarmd door de media.
Portretfoto van René Gude, gemaakt ter ere van zijn benoeming tot Denker des Vaderlands op 23 mei 2013 door ©Sara Wong
Hans Achterhuis (Bron: Trouw ©Werry Crone)
Hans Achterhuis & René Gude; tegendenker & meedenker (i-Filosofie #1). Foto gemaakt door Paul Scheulderman op 16 juli 2013 (Bron: ISVW)
Sindsdien trad hij regelmatig op voor radio en televisie, in programma’s zoals ’24 uur met Theo Maassen’ (24 januari 2014), ‘Wim Brands in gesprek met René Gude’ (7 en 9 juli 2014), in ‘De wereld draait door’ (29 september 2014), bij TEDx (november 2014) en in het EO-programma ‘De kist’ (14 december 2014) van Kefah Allush (geb. 1969). Hij trad ook op in filosofische cafés. Hij wist veel mensen te enthousiasmeren voor de wijsbegeerte.

René Gude, Het agoramodel (2016)
Op 22 maart 2014 gaf Gude de jaarlijkse Comeniuslezing ‘Van stemming naar bestemming: zingeving als ambacht’. Op 14 maart 2014 werd hij door de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan geridderd in de Orde van Oranje-Nassau. Om dit te vieren kreeg Gude een eigen online radioprogramma Radio René, de eerste Nederlandse podcast over filosofie, waarin hij kon filosoferen met het publiek. In juni 2014 kreeg Gude te horen dat hij was uitbehandeld, maar dit nam niet weg dat hij zich graag liet interviewen. Interviews verschenen in De Volkskrant, NRC Handelsblad, het Nederlands Dagblad en werden uitgezonden via de radio en via Radio René. De interviews werden bij hem thuis afgenomen, op de woonark aan het IJ tegenover het Centraal Station in Amsterdam.
Filosofie als trainingsprogramma
De laatste twee jaar van zijn leven wilde Gude vooral zijn eigen filosofie uitwerken. Hij deed dit het liefst in interviews, omdat in gesprekken bij hem de beste gedachten ontstonden en hij direct commentaar kreeg. In de gesprekken in het interviewboek Stand-up filosoof legde Gude uit hoe we het met onszelf, met elkaar en met de wereld kunnen uithouden. ‘Eigenlijk is filosofie niets anders dan … dat we de dingen die we doen, proberen te begrijpen. […] Eigenlijk kun je zeggen: filosofie is efficiënt tobben’ (Rek, 2013, p. 12).
Het trainen van het verstand met behulp van filosofie stond dan ook centraal in zijn denken. Juist hier bewees zich het nut van de filosofie: met filosofie kun je je eigen denkscherpte en vooral je vermogen om gesprekken te voeren verbeteren. ‘De rede is een spier die getraind kan worden. Het leven is aangenamer als je redelijk bent’ (Rek, 2013, p. 17). Via gesprekken wilde hij een gezamenlijke taal ontwikkelen om over onze kwetsbaarheden en over kwesties als de dood te praten. Door het gesprek kunnen we een gemeenschappelijke ervaring opbouwen, een collectieve intelligentie over hoe je met dit soort zaken omgaat.
Van de gesprekken tussen Gude en Wim Brands (1959-2016) [Human op 7 en 9 juli 2014] verscheen een samengevatte neerslag in Sterven is doodeenvoudig. Iedereen kan het (2015). Deze gesprekken gingen over wat er werkelijk toe doet in het leven, over humeurmanagement en over de troost van de filosofie. Juist als de dood voor de deur staat, blijken filosofische vaardigheden nuttig te zijn om je gemoedsrust te bewaren.
Wim Brands tijdens de poëzieweek op 1 februari 2015 (Foto: Vera de Kok) (Bron: Wikimedia Commons)
Sterven is doodeenvoudig. Iedereen kan het / Wim Brands in gesprek met René Gude. - Leusden : ISVW Uitgevers, 2014
De agora als wereldbeschouwing
In zijn laatste maanden werkte Gude aan wat zijn hoofdwerk had moeten worden: het ‘agoramodel’ of ‘bildungsagoramodel’. De hoofdlijnen van Het agoramodel. De wereld is eenvoudiger dan je denkt (2016) zette hij uiteen in gesprekken met Florian Jacobs (geb. 1989), Erno Eskens (geb. 1964) en Peter Henk Steenhuis (geb. 1969). Het boek werd een nadere uitwerking van zijn wereldbeschouwing die hij in zijn bijdrage aan de bundel ...En denken! Bildung voor leraren kort schetste.
Florian Jacobs tijdens de Open Dag van ISVW op 10 september 2017 (Bron: ISVW)
Erno Eskens, foto gemaakt door Antoinnette Scheulderman op 20 mei 2017 (Bron: Wikimedia Commons)
Peter Henk Steenhuis, foto gemaakt in 2014 (Bron: ISVW)
In zijn eerdere boeken deed hij vooral zijn levensvisie uit de doeken. Het agoramodel verscheen postuum evenals het boekje Ik blijf nog even kletsen (2015) van Rosan Hollak, waarin Gude sprak over de taak van de publieksfilosoof en over zijn omgang met de naderende dood. Ook het boekje Zinvolle volzinnen (2015), een overzichtswerk met Gudes beste citaten, verscheen postuum.
Vlak voor zijn dood - op 13 maart 2015 - voltooide Gude de drukproeven van een boek over kunst en filosofie, getiteld: Door het beeld - Door het woord dat hij samen met Peter Henk Steenhuis schreef. Het verscheen op 19 april 2015 ter gelegenheid van een tentoonstelling in De Ketelfactory in Schiedam. Zijn laatste tweet deed hij tijdens de uitzending van DWDD op 13 maart 2015: 'Zet ‘m op Marli, spring ertussen. Dat gaat goed zo!' Diezelfde avond nog overleed René Gude. Op 27 maart 2015 werd hij als Denker des Vaderlands opgevolgd door Marli Huijer (geb. 1955).
Omslag van het boek Door het beeld / Door het woord. -Leusden: ISVW uitgevers, 2015
Marli Huijer tijdens het Brainwash Festival op 24 oktober 2015 (Bron: Wikimedia Commons)
Een afgerond leven
Gude had graag meer willen publiceren, omdat ‘wat geschreven is, een kans heeft om te blijven’ (Hollak, 2015, p. 69). Hij was dan ook heel blij dat hij de laatste twee jaar van zijn leven zijn levensvisie en wereldbeschouwing via interviews, gesprekken en publicaties kon uiteenzetten. Hij genoot er van als hij aanwijzingen vond dat er dingen gelukt waren in zijn leven en gewaardeerd werden.
Zo was hij in de maand van de filosofie in april 2014 in de Amsterdamse Beurs van Berlage. Daar waren zo’n achthonderd bezoekers en ‘niemand die filosofie verwarde met diepe grondslagendiscussies of vage spiritualiteit. Het was alsof de aanwezigen naar een mooi concert in het Concertgebouw waren gegaan. Twintig jaar geleden was dit in Nederland ondenkbaar. Ik heb er mijn steentje aan bijgedragen, mijn naam werd genoemd. Ik was trots’ (Rek, 2013, p. 158).
Gude sprak vaak over twee machtige drijfveren waar ieder mens mee behept is: een ieder wil bij een groep horen, maar er ook een beetje bovenuit steken: uitstekend zijn, excelleren. Deze twee drijfveren of verlangens staan op gespannen voet met elkaar. De geslaagde combinatie van erbij horen en er bovenuit steken, noemde hij erkenning. Die erkenning viel hem meermalen ten deel. Hij werd gezien als een goede docent die ingewikkelde zaken op een toegankelijke wijze voor het voetlicht wist te brengen.
In memoriam
De slotzin van het ‘In memoriam’ van Erno Eskens biedt een oprecht eerbetoon aan René Gude: ‘Met zijn humeurmanagement, zijn humor, zijn enthousiasmerende kennis en zijn kritische optimisme was hij een inspiratiebron voor talloze prominente cultuurdragers, voor vele cursisten, voor medepatiënten en voor talloze andere burgers’ (Eskens, iFilosofie Special 2015, p. 1). Er verscheen op 19 maart 2015 ook een treffend In memoriam van bevriend journalist, schrijver en beeldend kunstenaar Marc van Dijk in de rubriek Filosofisch Elftal van Trouw.
Literatuurverwijzingen
- Wim Brands, Sterven is doodeenvoudig. Iedereen kan het : Wim Brands in gesprek met René Gude. - Leusden : ISVW Uitgevers, 2014
- Erno Eskens, ‘In memoriam’. In: iFilosofie #Gude, p. 1. Ook online
- René Gude, 'De ISVW en IK. Afscheidsbrief van René Gude aan de Vrienden van de ISVW’. In: iFilosofie #Gude, p. 2-4. Ook online
- Rosan Hollak, 'Ik blijf nog even kletsen': de laatste gesprekken met René Gude. Leusden : ISVW Uitgevers, 2015
- Wilma de Rek, Stand-up filosoof : de antwoorden van René Gude. Leusden : ISVW Uitgevers, 2013

In Memoriam: René Gude, gepubliceerd door ISVW op 14 maart 2015 (Bron: ISVW)