De nieuwe
verscheidenheid
Nederland is een 'superdivers' land. Mensen met een migratieachtergrond vormen een meerderheid in de steden en deze groep is steeds veelzijdiger geworden. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) deed onderzoek naar deze nieuwe verscheidenheid. Volgens mede-onderzoeker Godfried Engbersen ligt hier een taak voor de bibliotheek: zorg voor verbinding en ontmoeting.

De nieuwe
verscheidenheid
Nederland is een 'superdivers' land. Mensen met een migratieachtergrond vormen een meerderheid in de steden en deze groep is steeds veelzijdiger geworden. De WRR deed onderzoek naar deze nieuwe verscheidenheid. Volgens mede-onderzoeker Godfried Engbersen ligt hier een taak voor de bibliotheek: zorg voor verbinding en ontmoeting.


Nieuwe verscheidenheid vraagt om wisseling van perspectief

Nieuwe verscheidenheid vraagt om wisseling van perspectief
Diversiteit is het nieuwe normaal
Waarom zien we in maatschappelijke voorzieningen en instituties nog zo weinig terug dat Nederland een steeds diverser land is geworden? In de verkenning ‘De nieuwe verscheidenheid: toenemende diversiteit naar herkomst in Nederland’ constateert de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) een verschuiving van een paar grote groepen minderheden naar véél, kleinere groepen nieuwe minderheden. Dat vraagt om een wisseling van perspectief op migratie en integratie, schrijft Marianne Hermans in dit artikel.
De samenstelling van de bevolking naar etnisch-culturele achtergrond is inmiddels zó veranderd dat we tegenwoordig spreken van ‘superdiversiteit’: er zijn meer mensen met een migratieachtergrond, en de invulling van het begrip ‘diversiteit’ is veranderd. De diversiteit naar nationaliteiten, talen, religieuze achtergronden en subgroepen is groter dan ooit. Dat zien we terug in de dagelijkse praktijk van steden, buurten, scholen en voorzieningen, waar diversiteit eerder regel is dan uitzondering. Diversiteit is het nieuwe normaal.
‘
Kleine ontmoetingen in de bibliotheek versterken de binding met de gemeenschap.
’
206 nationaliteiten in één stad
Beleid en maatschappelijke voorzieningen blijven vooralsnog achter bij die realiteit. Lange tijd lag de nadruk van het beleid en onderzoek naar integratie en participatie op de grootste groepen minderheden die zich in de naoorlogse decennia in Nederland hebben gevestigd. Zij waren afkomstig uit voormalig Nederlands-Indië, Marokko, Turkije, Suriname en de Nederlandse Antillen. Maar wie nu kijkt naar grote steden ziet een verscheidenheid die veel verder gaat dan de ‘traditionele’ minderheden. Rotterdam is inmiddels met 206 verschillende nationaliteiten een superdiverse stad, twee derde van de jongeren heeft er een migratieachtergrond.
Geen dominante meerderheid
In 2017 waren de in Nederland woonachtige migranten afkomstig uit 223 verschillende herkomstlanden en in de grote steden is er al geen dominante meerderheid meer. Tegelijkertijd zijn er nog volop plaatsen in Nederland te vinden waar van diversiteit geen sprake lijkt. De WRR maakt een onderscheid naar acht verschillende typen gemeenten, variërend van steden waar de meerderheid van de inwoners een migratieachtergrond heeft en gemeenten met een specifieke minderheidsgroep tot homogene gemeenten waar meer dan 90% een Nederlandse achtergrond heeft. Binnen gemeenten zijn er ook grote verschillen in verscheidenheid tussen buurten en wijken.
Nieuwe herkomstlanden
Er komen nauwelijks nog nieuwe migranten uit Turkije, Marokko, Suriname of de Antillen. In de immigratie-top-15 staan nu onder anderen Polen, Syriërs, mensen uit de voormalige Sovjet-Unie, Bulgaren, Chinezen, Indiërs en Duitsers. De verwachting is dat in 2060 de meeste Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond niet uit de vier klassieke herkomstlanden afkomstig zullen zijn. De WRR verwacht dat in 2060 8% van de bevolking een Turkse, Marokkaanse, Surinaamse of Antilliaanse achtergrond heeft. Nu is dat iets minder dan 8%. Het aandeel van mensen met een Europese of Angelsaksische achtergrond blijft toenemen, van 10% naar 13%. Bron: WRR 2018.
Sociaal weefsel
Wat betekent die toegenomen verscheidenheid voor de ‘cohesie’ in buurt of wijk? Sociale cohesie is zoiets als de maatschappelijke lijm, het weefsel dat een samenleving leefbaar houdt. De WRR onderzocht de samenhang tussen diversiteit en sociale cohesie. Uit de analyses blijkt dat in buurten waar de verscheidenheid naar herkomst hoog is, bewoners minder cohesie ervaren, zich minder thuis voelen, en zich onveiliger voelen. Dit geldt niet alleen voor arme buurten, maar ook voor rijkere buurten. Het sociale weefsel dat nodig is om eenheid in verscheidenheid aan te brengen, lijkt te ontbreken.
Spanningen
Het SCP voorspelt dat met de superdiversiteit ook de spanningen in de samenleving toenemen. Zo constateert het SCP in een recente studie een kloof tussen arm en rijk en spanning tussen etnische groepen. En omdat het onbekende vaak angst inboezemt, is contact met mensen buiten de eigen bekende kring juist zo belangrijk. In de eigen straat en de wijk, maar juist ook daarbuiten in publieke ruimtes zoals een bibliotheek.
Wegwijs maken
Op basis van haar verkenning doet de WRR zes beleidsaanbevelingen. Drie daarvan zijn zeker van toepassing op bibliotheken, zoals het toerusten van instellingen op een permanente veelvormigheid van het publiek. Een andere aanbeveling betreft het wegwijs maken van alle burgers, onder meer door toegang tot voorzieningen, ongeacht juridische status, verblijfsintentie en verblijfsduur. De derde opgave is het bevorderen van verbindingen tussen buurtbewoners. Het gaat dan niet om hechte verbanden, maar om ‘publieke familiariteit’. Volgens de WRR houdt dat in ´dat buurtbewoners elkaar in de publieke ruimte herkennen, ook zonder persoonlijk contact met elkaar te hebben.´
Taak voor bibliotheken
Als we op een prettige manier willen blijven samenleven met deze toenemende diversiteit, is er dus ook voor bibliotheken een belangrijke taak weggelegd. Niet alleen door het bieden van hulp bij de integratie van nieuwkomers, maar ook door de aandacht voor álle mensen in de maatschappij, die allemaal soms aan elkaar moeten wennen, of aan het beeld van de superdiverse samenleving die Nederland inmiddels is geworden.
‘
Twee derde van de Rotterdamse jongeren heeft een migratieachtergrond.
’
Waardevolle ontmoetingen
Alleen al door de aanwezigheid van anderen, ook zonder interactie, vinden waardevolle ontmoetingen in de bibliotheek plaats. Kleine ontmoetingen versterken de binding met de gemeenschap. Zo zou de bibliotheek kunnen bijdragen aan de sociale cohesie doordat mensen er vertrouwd raken met de diversiteit van de alledaagse leefomgeving. Blootstelling aan veel verschillende culturele prikkels, literatuur, en het ontmoeten van mensen buiten de eigen vertrouwde kleine wereld vergroten het wederzijds begrip en respect en kunnen leiden tot minder vooroordelen.
Bronnen
Jennissen, R., G. Engbersen, M. Bokhorst en M. Bovens (2018) De nieuwe verscheidenheid. Toenemende diversiteit naar herkomst in Nederland. Den Haag: WRR.
Dekker, P., J. de Ridder (2019) Burgerperspectieven | 1: Kwartaalbericht van het Continu Onderzoek Burgerperspectieven. Den Haag: SCP.

Reacties


Godfried Engbersen, hoogleraar Erasmus Universiteit
‘Sleutelrol voor de bieb in nieuwe samenleving’
“We hebben nog steeds een gedateerd beeld van diversiteit: we denken aan Marokkanen en Turken, maar nu komen migranten uit alle hoeken van de wereld en ze zijn zowel laag- als hoogopgeleid. Ze komen nog steeds voor arbeid, maar ook als vluchtelingen en voor gezinsvorming.”
Europese achtergrond
“Nu heeft zo’n 23% van de Nederlanders een migratieachtergrond, in 2060 is dat 66%. Het gaat steeds vaker om een Europese achtergrond. In de steden is de kans het grootst dat je iemand tegenkomt met een andere achtergrond dan jijzelf. Na de vier grote steden zie je dat vooral in middelgrote steden, randgemeenten en grensgemeenten: Diemen, Vaals, Almere, Amstelveen. Minst divers zijn plattelandsgemeenten als Littenseradiel, Tubbergen en Kollumerland.”
‘
Behandel alle groepen even fair en maak ze wegwijs.
’
Schildpadreactie
“Diversiteit maakt de samenleving ook ingewikkelder. Robert Putnam schreef in zijn boek ‘E pluribus unum’ dat mensen zich meer terugtrekken naarmate de samenleving diverser is, de schildpadreactie: ze gaan minder met elkaar om, vertrouwen elkaar minder en voelen zich minder thuis. Hier hebben de bibliotheken een rol. Juist nu andere instellingen uit de wijken zijn verdwenen hebben bibliotheken een sleutelpositie. Ze kunnen mensen helpen met de nieuwe verscheidenheid.”
Samenlevingsbeleid
“We adviseren van integratiebeleid naar samenlevingsbeleid te gaan. Hoe versterk je de sociale samenhang? Krijg zicht op diversiteit naar herkomst en stel je organisatie in naar diversiteit. Behandel alle groepen even fair, maak ze wegwijs en verbeter de sociaaleconomische positie.”
‘Er is ontspanning in de discussie nodig’
“Als gemeente besteden we drie tientjes per Rotterdammer aan bibliotheken. Als college willen wij niet mee in de polarisatie. Diversiteit is in discussies een onderwerp van ‘ben je voor of tegen’. Daarmee moet je korte metten maken, want het ís er – in leeftijd, gender, opleiding, migratie. De meerderheid bestaat niet meer, het is een minderheid geworden. En de nieuwe meerderheid is heel divers. De grootste groepen migranten in Rotterdam zijn nu Brazilianen en Indiërs.”
‘
We roepen mensen op tot verbinding en ontmoeting.
’
Spannend en vervelend
“Het onderwerp roept veel verschillende reacties op. Van ‘goh, wat een leuk vloerkleedje hebben zij’ tot bloednerveus. Een groep vindt de geurtjes vervelend en het verschil in dagritme maar niks. Ons college wil ontspanning in de discussie.
Ons antwoord bestaat uit drie waarden.
- Je bent in Rotterdam, je woont of werkt hier en bent gelijkwaardig aan anderen. We maken daarin geen onderscheid. Doe je dat wel, dan is dat fout.
- De wet is er niet voor niks. Een belangrijke regel voor mensen die onzeker zijn geworden over de toekomst van het land.
- We roepen mensen op tot verbinding en ontmoeting: diversiteit op werkplekken en scholen, workshops voor mensen die er moeite mee hebben, maar ook aandacht voor vrouwen die zijn nagereisd, zodat ook zij buitenkomen en mensen ontmoeten.”

